Excursie met de Boomvalk naar De Kampina

Op naar de Kampina, voor sommigen dé excursie van het jaar. Het karakteristieke van deze excursies (vergeleken met de excursies naar de Delta en de AW-duinen) is een hele dag in voorjaarstemperaturen buiten wandelen in een landschap waar je als Randstedeling nauwelijks komt. Wat een prachtige afwisseling in landschappen en wat een variatie in soorten. Hoewel we dit jaar met zware bewolking te maken hadden en zelfs het laatste uur regen. Dus hadden we weinig libellen en vlinders. Vogels trekken zich daar minder wat van aan.

We startten met z’n allen op een plek waar de afgelopen dagen een orpheusspotvogel aan het zingen was. En jawel, deze Zuid-Europese zangvogel zat daar nog steeds luid en duidelijk te zingen. Een zeldzaamheid, die voor de meesten van ons nog een nieuwe soort betekende. De vogel liet zich niet zien, maar wel goed horen. Hier een geluidsopname van deze vogel van Mart-Jan Roos. Die zanglijster ertussendoor was irritant, maar die vogel mag er natuurlijk ook gewoon zijn. We waren trouwens net op tijd. De dag erna zat de vogel er nog, maar de dag daarna bleek de vogel gevlogen. Daarna als groep de Kampina in, maar al gauw splitsten we.

Door de lage temperaturen dit keer geen bosbeek- en waterbeekjuffers boven de Beerze. Het voordeel was wel dat de libellen die we wel vonden niet konden wegvliegen. Een viervlek zat bijvoorbeeld op het zandpad en trapten we net niet dood. Die konden we prachtig bestuderen. De andere groep had nog veel meer van die dichtbij-waarnemingen, zoals meikevers. We deden ons best om het wielewaal-gejodel op te vangen, maar kwamen niet verder dan één keer horen. In tegenstelling tot vorig jaar toen we een groepje van drie een uur lang om ons heen zagen vliegen. Een hoogtepunt was de middelste bonte specht bij zijn nestholte. We konden hem gedurende half uur heen en weer zien vliegen met voedsel.

Een watersnip die zijn territoriumvlucht vloog was ook prachtig. Evenals een luid zingende matkop, een mezensoort die we bijna nooit hier hebben en die in Nederland hard achteruitgaat. Zo nu en dan een zingende gekraagde roodstaart, grauwe vliegenvanger, bonte vliegenvanger, boomklever, boompieper en veldleeuwerik. De mezen hebben allemaal al jongen, dus het wemelde van de rondtrekkende familiegroepjes: staart-, pimpel- en koolmezen, en eenmaal een groepje kuifmezen. Af en toe een roodborsttapuit en een roepende koekoek.

Gelukkig was ook de boomvalk weer niet afwezig. Twee stuks waren aan het jagen, en toen de regen begon te vallen hebben we ze prachtig kunnen zien zitten in een kale boom.

Zie de fotopagina voor meer foto’s.